Voorjaarsnota 2020

Algemeen

Inleiding

Deze voorjaarsnota betreft de eerste tussentijdse rapportage over 2020 in de nieuwe vorm waarbij wij meer aandacht besteden aan de voortgang op beleid. Door hieraan meer aandacht te geven hoopt het college dat het gesprek met de gemeenteraad over de P&C-documenten nadrukkelijker plaats gaat vinden over zowel de financiële voortgang als de inhoudelijke voortgang. In deze voorjaarsnota geven wij de stand van zaken weer over de uitvoering van de programmabegroting 2020 tot en met maart. Voor wat betreft de verwerking van financiële afwijkingen van de verwachte begrotingsuitvoering geldt het volgende principe. Omdat het pas drie maanden van het begrotingsjaar betreft stellen wij alleen voor wanneer de afwijking van de ramingen t.o.v. de begroting een hoge mate van zekerheid hebben, de begroting te wijzigen. In de gevallen dat de prognose nog beïnvloedbaar is, dan wel nog onzeker, zoals Corona, geven wij u in de najaarsnota 2020 een bijgestelde verwachting. De financiële wijzigingen staan onder het taakveld vermeld.

Algemeen Beeld voorjaarsnota
De voorjaarsnota 2020 heeft een nadelig effect van € 344.000 op de begroting. Uitgaande van het positieve beginsaldo van € 143.000 laat de begroting in deze fase na deze wijziging een tekort zien van €201.000. Dat is een gevolg van verschillende voor- en nadelen.
Het college realiseert zich dat de lopende begroting naar aanleiding van deze voorjaarsnota een negatief begrotingssaldo voor 2020 tot gevolg heeft. De gemeente wordt geconfronteerd met autonome ontwikkelingen waarvan de beïnvloedingsmogelijkheid klein is (b.v. jeugdzorg). Dat neemt niet weg dat het college in control is en maatregelen treft om de beheersing van processen waar nodig te verbeteren.

De belangrijkste afwijkingen in deze voorjaarsnota worden hieronder samengevat.

Voordelen
Gemeentefonds
In de begroting 2020 is rekening gehouden met negatieve structurele effecten van de voorgenomen herziening van de uitkeringssystematiek van het gemeentefonds. Hiervoor is een stelpost opgenomen ter hoogte van € 496.000 in 2020. De invoering is met een jaar uitgesteld tot 1 januari 2022. Op basis van huidige informatie gaan we er van uit dat er uiterlijk in de decembercirculaire 2020 een nieuw verdeelmodel wordt gepresenteerd dat vervolgens met ingang van 1 januari 2022 kan worden ingevoerd. Dit houdt in dat de genoemde stelpost voor 2020 in de voorjaarsnota volledig vrijvalt.
Rente
Daarnaast staan de rentetarieven aanhoudend en historisch laag, dit heeft een gunstig effect van € 144.000 in 2020 en tevens een effect van € 90.000 in 2021 e.v.
Dienst Werk en Inkomen
Deze dienst van de gemeente Leidschendam Voorburg voert voor onze gemeente regelingen uit op het gebied van werk en inkomen. De uitvoeringskosten van deze dienst Werk en Inkomen ( programma 6) dalen met €131.000 t.o.v. de ramingen.

Nadelen
Sociaaldomein/programma 6
Hier is een nadeel van € 456.000, waarvan € 373.000 voor Jeugdzorg. Dit betreft moeilijk te beheersen kostenposten, waarvoor de rijksbijdrage structureel achterblijft. We verwachten dat we m.b.t. de kosten jeugdhulp voor 2020 een bedrag van € 373.000 bij moeten ramen (taakveld en 6.72 en 6.82). Voor de jaren er na worden de financiële effecten in de kadernota meegenomen. In bijlage 1 is een analyse opgenomen van de ontwikkelingen en de maatregelen die we treffen.
WOB
Vanuit Juridische zaken wordt al enige tijd geconstateerd dat er sprake is van een toename aan WOB verzoeken, met name die voor de Rijnlandroute heeft een forse impact. Daarnaast is er momenteel sprake van een hoger percentage ziekteverzuim, waardoor achterstanden die al langere periode bestaan alleen maar groter worden. Op onderstaande wijzen wordt al enige tijd ingezet op het verlagen en beheersbaar houden van het aantal juridische kwesties. Om de huidige achterstanden weg te werken, in te zetten op de structurele toename van het aantal WOB verzoeken en de maatregelen te treffen om de aantallen juridische kwesties beheersbaar te houden worden incidentele hogere lasten verwacht van € 100.000 voor 2020.
Sportvelden
Het onderhoud van de sportaccommodaties en verschillende gemeentelijke werkzaamheden behorend bij de vervanging van kunstgrasvelden, c.q. het onderhoud van natuurgrasvelden, waartoe wij op basis van de huidige afspraken met de sportverenigingen gehouden zijn leveren in totaal een incidenteel nadeel op van € 95.000. 

Uitvoering projecten
Op diverse projecten is een stijging van kosten te zien. Dat is soms aan externe factoren te wijten, en soms ook aan de interne organisatie. We besteden dan ook aandacht aan verbeterde sturing en beheersing van deze processen, zie hierna bij maatregelen algemeen.

Technische correcties
Wijzigingen op het gebied van verzekeringen panden en wijziging naar aanleiding de versnelling infrastructurele projecten (320K, onderdeel van de 382K) leiden tot wijzigingen op meerdere taakvelden. Vanwege de overzichtelijkheid worden deze wijzigingen niet in alle taakvelden apart toegelicht. De algemene toelichting is opgenomen in taakveld 0.3 (beheer overige gebouwen en gronden). De wijzigingen zijn wel opgenomen in de tabellen van de verschillende programma's/taakvelden en in het totaaloverzicht. De voorgestelde wijzigingen per programma worden hierna nader toegelicht, vervolgens treft u in het hoofdstuk financiën een recapitulatie van de voorgestelde wijzigingen aan. Budgettaire voordelen worden aangeduid met een +, budgettaire nadelen worden aangeduid met een -.

Maatregelen algemeen: sturing, beheersing en organisatieontwikkeling 
In financieel opzicht bestaat een goed inzicht in het verloop van de financiële processen, binnen duidelijke spelregels. Dat neemt niet weg dat aandacht nodig blijft voor sturing en beheersing. Het bestuur van de werkorganisatie heeft op verzoek van en in samenspraak met het college daarom een aantal algemene maatregelen in gang gezet om te zorgen dat ambities, werkwijze en financiën van de organisatie beter op elkaar kunnen worden afgestemd. Het betreft:

  1. Vervullen van vacatures en belangrijke sleutelposities met behulp van een extern bureau;
  2. Het beter toebedelen van capaciteit aan Voorschoten respectievelijk Wassenaar;
  3. Het veranderen van de werkwijze van de organisatie naar meer opgavegericht werken en de aanwijzing van breed inzetbare medewerkers die projecten trekken over de grenzen van afdelingen heen;
  4. Het ontwikkelen van voorstellen om de bestuurlijke aansturing van de WODV te vereenvoudigen ( bedrijfsvoering gemeenschappelijke regeling), die ook de sturende en controlerende rol van de raad kan verbeteren;  
  5. het invulling geven aan de routekaart Leidse regio door per domein te onderzoeken of en zo ja hoe de samenwerking met die regio voordelen biedt en het vervolgens aanpassen van de bestuurlijke en ambtelijke organisatie. Een voorbeeld zijn de onderzoeken van het sociaal domein waarover de raad is geïnformeerd.
  6. Ook het werken met startnotities per opgave kan aan verbeterde sturing bijdragen en ook het maken van duidelijke keuzes wat wel en niet doen.

Relatie voorjaarsnota - kadernota
Een aantal financiële afwijkingen hebben een structureel effect en daarmee dus effect op de jaren 2021 en verder. Hierbij gaat het om autonome effecten die voortkomen uit het bestaande beleid. Onderwerpen waar een beleidskeuze is worden opgenomen in de kadernota. Het structurele effect wordt betrokken bij de kadernota, wanneer nodig vindt bijsturing hierop in de kadernota plaats. In het geval van deze voorjaarsnota is er sprake van een structureel negatief effect vanaf 2020.

ga terug
Deze pagina is gebouwd op 07/20/2020 16:33:36 met de export van 07/20/2020 16:29:14